Vanmorgen was een excursie-ochtend. In het vogelwalhalla, de Nieuwe Driemanspolder, heb ik een hele leuke vogelexcursie gegeven. Het was weer een hele leuke groep deelnemers.
We hadden een frisse wind uit het oosten, maar het was droog. De zon zat achter de wolken, waardoor we overal goed konden kijken.
De vele watervogels zaten overal. Verschillende eenden en ganzen. Uit het riet hoorden we het onmiskenbare geluid van de dodaars. Maar ook het geluid van de cetti’s zanger. De deelnemers probeerden de cetti’s zanger te zoeken, maar konden hem niet vinden. Het is ook een vogel die je vaker hoort dan dat je hem ziet.
Bij het plas-dras gedeelte zaten veel grutto’s. Er zaten ook een redelijk aantal IJslandse grutto’s tussen. Het verschil is dat het rood iets donkerder lijkt, het rood loopt ook iets verder door en de dekveren van de IJslandse grutto zijn iets meer geschubd.
Tussen de grutto’s liepen veel tureluurs en een groepje bonte strandlopers.
We liepen rustig verder en hoorden de zang van de veldleeuwerik. Die was met zijn baltsvlucht bezig. Het blijft echt geweldig om te zien. Ik kreeg de vraag of die daar gingen broeden en daar kon ik bevestigend op antwoorden. Is toch ontzettend gaaf.
Op de terugweg zagen we nog 2 geoorde futen en 2 rosse stekelstaarten. Leuk soorten.
“Ik heb nog geen roodborsttapuit gezien” zei 1 van de deelnemers. Dat was waar, maar de excursie was nog niet voorbij en we gingen een pad in met wat meer begroeiing en daar hoorde en zag ik de roodborsttapuit. Die deelnemers was in zijn nopjes. Erg leuk natuurlijk.
Bij de camping hebben we afgesloten met een lekker koffie van Barrista Hans, die daar stond met zijn wagentje.
En zo kwam er een einde aan een frisse, maar ontzettend leuke excursie.